Vorige

De nog niet opgenomen vakantiedagen van uw werknemers

Het jaareinde is in zicht en u stelt vast dat een aantal van uw werknemers nog niet al hun vakantiedagen opgenomen of ingepland hebben. Hoe reageert u hier op?

Niet opgenomen vakantiedagen

De werknemer moet, ongeacht zijn statuut, al zijn wettelijke vakantiedagen opnemen tussen 1 januari en 31 december van het vakantiejaar. Hoewel dit in praktijk wel dikwijls gebeurt, is het in principe niet toegelaten om een deel van de opgebouwde vakantiedagen over te dragen naar het volgende jaar. De werknemer kan ook geen afstand doen van zijn vakantiedagen.

Er is een verschil tussen arbeiders en bedienden: arbeiders krijgen vanaf de maand mei hun vakantiegeld uitbetaald door de Rijksdienst voor Jaarlijkse vakantie (RJV) of van hun vakantiekas. Het bedraagt 15,38% van hun brutoloon (aan 108%) verdiend tijdens het vakantiedienstjaar. Dit vakantiegeld is definitief verworven, ook al neemt de arbeider zijn vakantiedagen niet op.

Recht op vakantiegeld voor niet opgenomen dagen: bedienden

Kan een bediende zijn dagen niet opnemen omwille van overmacht, dan krijgt hij het vakantiegeld voor deze niet opgenomen dagen uiterlijk op 31 december van het vakantiejaar uitbetaald. Het begrip overmacht mag ruim geïnterpreteerd worden: moederschapsrust, ziekte,… .

Kiest de bediende er vrijwillig voor om zijn vakantiedagen niet op te nemen, dan heeft hij geen recht op vakantiegeld voor de niet opgenomen vakantiedagen. U moet wel kunnen aantonen dat u als werkgever de werknemer de mogelijkheid geboden heeft om zijn vakantiedagen op te nemen. Het is dus aangeraden dat u tijdig de werknemers waarschuwt dat zij nog een aantal vakantiedagen moeten opnemen voor het einde van het vakantiejaar. U kunt dit doen door elke werknemer een overzicht te bezorgen van de nog openstaande vakantiedagen. Neemt hij dan zijn vakantiedagen niet op voor het einde van het jaar, dan zijn deze onherroepelijk verloren. U bent als werkgever dan ook niet verplicht deze vakantiedagen uit te betalen.

ADV-dagen

ADV-dagen worden toegekend om de gemiddelde wekelijkse arbeidsduur op jaarbasis te bereiken. Als niet alle ADV-dagen zijn opgenomen binnen de referteperiode, wordt de gemiddelde wekelijkse arbeidsduur overschreden, wat niet is toegelaten.

ADV-dagen overdragen naar de volgende referteperiode kan in principe niet. Dit wordt door bepaalde sectoren ook uitdrukkelijk bevestigd in de collectieve arbeidsovereenkomst. Enkele sectoren – waaronder de houthandel – zouden in uitzonderlijke omstandigheden wel toelaten om dit wel te doen.

Wanneer er geen collectieve arbeidsovereenkomst voorligt en deze ADV-dagen individueel mogen worden opgenomen, is het aangewezen om de modaliteiten voor het opnemen van deze dagen op te nemen in het arbeidsreglement.  

Deze topic komt aan bod in volgende opleidingen:

  • Vakantiegeld berekenen: de basis
  • Decemberafrekening
  • Vakantierechten berekenen en herrekenen in de social profit 

Deel dit artikel