C02-uitstoot bedrijfswagen: welke waarde te gebruiken?
Sinds september 2018 wordt de CO2-uitstoot van nieuwe (bedrijfs)wagens vastgesteld op basis van een nieuwe, strengere testmethode (WLTP-methode). De CO2-uitstoot die hiervan het resultaat is, ligt dus veel hoger dan de CO2-uitstoot berekend op basis van de oude methode.
Indien we de nieuwe CO2-waarde onverkort zouden gebruiken voor de berekening van de verschuldigde CO2-bijdrage en het belastbaar voordeel in natura zou dit leiden tot een (aanzienlijke) verhoging van de (para)fiscale lasten op bedrijfswagens. De bestaande formules zijn immers gebaseerd op de CO2-waardes gemeten volgens de oude meetmethode, de NEDC-methode. We verwezen hier al kort naar in een eerder nieuwsbericht.
De federale regering heeft zichzelf nu 2 jaar de tijd gegeven om de formules voor de berekening van de CO2-bijdrage en het voordeel in natura aan te passen aan de hogere CO2-resultaten die het gevolg zijn van de nieuwe testmethode. In tussentijd wordt er met een “herrekende” NEDC-CO2- waarde gewerkt.
Overgangsperiode 2018 – 2020
Tot eind 2020 mag voor de berekening van het voordeel in natura (in hoofde van de werknemer) en de CO2-bijdrage (verschuldigd door de werkgever), gebruik gemaakt worden van een omgerekende WLTP-waarde. Deze waarde wordt ook wel de “NEDC 2.0”-waarde genoemd. Zo sluit deze CO2-waarde beter aan bij de te gebruiken formules.
Dit betekent dat voor wagens die momenteel getest worden, er normaal gezien 2 CO2-waardes gekend zijn bij de Dienst Inschrijving Voertuigen (DIV):
- een originele CO2-waarde, bepaald volgens de nieuwe WLTP-testmethode, en
- een NEDC 2.0-waarde die daarvan afgeleid is via een omrekentool.
C02-waarde gelijkvormigheidsattest
In principe moet steeds de CO2-uitstoot gebruikt worden die gekend is bij de DIV. Zowel de fiscus als de RSZ hebben zich in hun instructies dan ook steeds gebaseerd op de CO2-uitstoot vermeld op het inschrijvingsbewijs van de wagen als enige officiële waarde. Sinds eind 2018 is het echter in principe de (hoge) CO2-waarde berekend volgens de WLTP-testmethode die op het inschrijvingsbewijs vermeld staat. Het inschrijvingsbewijs zelf preciseert echter niet welke waarde werd opgenomen.
Daarom werden de RSZ-instructies en de FAQ van de FOD Financiën recent aangepast. Tijdens de overgangsperiode (tot eind 2020) mag de CO2-waarde vermeld op het gelijkvormigheidsattest toch als basis worden gebruikt. Op het gelijkvormigheidsattest worden immers zowel de “oude” als de “nieuwe” CO2-waarde vermeld. Het is de CO2-waarde vermeld naast de code 49.1 “ gecombineerde CO2-waarde” in de tabel op het gelijkvormigheidsattest die overeen komt met de NEDC 2.0-waarde.
Geen CO2-waarde gekend?
Indien de DIV geen gegevens heeft over het uitstootgehalte van de wagen staat er geen CO2-uitstoot vermeld op het inschrijvingsbewijs, maar doorgaans wel op het gelijkvormigheidsattest. In dat geval blijft het standpunt dat het CO2-uitstootgehalte van de bedrijfswagen forfaitair moet worden bepaald op:
- voor wagens aangedreven door een benzine-, LPG- of aardgasmotor : CO2-uitstootgehalte van 205 g/km (voor de berekening van het belastbaar voordeel) en 182 g/km (voor de berekening van de CO2-bijdrage);
- voor wagens aangedreven door een dieselmotor : CO2-uitstootgehalte van 195 g/km (voor de berekening van het belastbaar voordeel) en 165 g/km (voor de berekening van de C02-bijdrage).
Meer weten over bedrijfswagens en mobiliteit in het algemeen?
Volg dan onze opleiding “Van mobiliteitsbudget tot fietsvergoeding: alle regels in de praktijk”
In deze opleiding van een halve dag leert u alle regels rond de verschillende mobiliteitsoplossingen voor uw werknemers en de nieuwe mobiliteitsvergoeding.
Bron:
Administratieve instructies RSZ: Bijzondere bijdragen > bedrijfsvoertuigen
FAQ bedrijfswagens FOD Financiën: Ondernemingen > Vennootschapsbelasting > Voordelen van alle aard > Bedrijfswagens > nieuwe vraag ingevoerd als vraag nr. 41