1 op de 4 bedienden krijgt dit jaar een bonus
Ondanks coronacrisis stijgt gemiddelde bonusbedrag tot 5.300 euro
Brussel, 8 december 2021 – Een kwart van de bedienden uit de privésector krijgt of kreeg dit jaar een bonus op de rekening gestort. Dat zijn er bijna evenveel als vorig jaar. En dat is heel opmerkelijk, want de bonussen die bedrijven dit jaar toekennen, zijn gebaseerd op de financiële resultaten van coronajaar 2020. Nog opvallend: het gemiddelde bedrag van de bonus was met iets meer dan 5300 euro nooit zo hoog. Dat blijkt uit een analyse van hr-dienstverlener Acerta op basis van de gegevens van 150 000 bedienden en 33 000 bedrijven in de privésector.
Kwart van bedienden krijgt bonus
Heel wat bedrijven geven hun werknemers dit jaar een extraatje op de rekening. Bijna een kwart (24 %) van de bedienden uit de profitsector krijgt dit jaar een bonus gestort. Dat is een nagenoeg even groot aandeel als in 2020 (25 %) en nog steeds hoger dan in 2019, vóór corona (21 %). Ook het gemiddelde bonusbedrag is hoger dan ooit: 5313 euro. Dat is des te opmerkelijk, omdat de bonussen die in 2021 uitgekeerd worden gebaseerd zijn op de bedrijfsresultaten en/of prestaties van de medewerker in 2020, het jaar waarin de coronacrisis de economie een ongeziene klap toebracht.
Figuur 1: Overzicht bonussen bedienden profit in % en bedragen, 2021 en 2020 en de vergelijking
Ellen Roelants, expert flexibele verloning van Acerta Consult: “Ondanks de economische malaise in 2020, zien we dat bedrijven nog steeds bijna evenveel bonussen uitkeren aan hun werknemers. Zo willen ze hun medewerkers belonen voor het behalen van concrete doelen, maar deze keer ook zeker om hen te bedanken voor de moeilijke maanden in 2020. Toch zijn de cijfers ook voor ons een verrassing, zeker omdat het gemiddelde uitgekeerde bonusbedrag gestegen is en nu echt op een piek staat.”
Individuele bonus wint aan belang
Vooral de stijging van het aantal individuele bonussen is opmerkelijk. 6,3 % van de bedienden in de privésector kreeg een bonus in cash, dat is bijna vier keer meer dan in 2020. 6,5 % kreeg warranten (aandelenopties), een stijging van 4 % in vergelijking met vorig jaar. Ook de gemiddeld toegekende bedragen zijn gestegen in vergelijking met vorig jaar, al is de stijging bij de cashbonus (+40,5 %) meer uitgesproken dan bij de warranten (+2 %). Warranten zijn weliswaar interessanter in de omzetting van bruto- naar nettoloon, maar wel gebonden aan een bovengrens van 20 % van het totale loon.
Niet-recurrente bonus op de terugweg
De populairste bonus is en blijft nog altijd de niet-recurrente bonus. Dat is een gezamenlijke beloning voor werknemers als ze collectieve doelstellingen halen. 12,7 % van de bedienden kreeg op die manier in 2021 een extraatje op de rekening gestort. Het gemiddeld toegekende bedrag was 1227 euro. Toch is de niet-recurrente bonus een beetje op de terugweg. Zowel het aantal bedienden dat er een krijgt (‑13 %) als het gemiddeld toegekende bedrag (-4 %) is gedaald ten opzichte van vorig jaar. De bovengrens voor de niet-recurrente bonus lag in 2021 op € 3447 bruto.
Ellen Roelants: “De coronacrisis heeft ervoor gezorgd dat individuele bonussen in de lift zitten. In onzekere tijden zijn werkgevers meer terughoudend om meteen collectieve bonussen uit te keren en verlonen ze eerder op basis van persoonlijke inzet. De niet-recurrente bonus – een collectieve bonus – blijft weliswaar het meest populair, omdat die fiscaal het meest voordelig is. Van een bruto bonus van 1000 euro houdt de werknemer gemiddeld 653 euro over. Bij een individuele bonus in cash is dat maar pakweg 380 euro. Bedrijven die in 2021 een niet-recurrente bonus wilden uitkeren, moesten dat wel al voor 30 april 2020 indienen. Dat betekent dus dat ze zich dan al geëngageerd hebben voor de doelen die ze aan het eind van het jaar wilden halen. In 2020 viel de datum van 30 april midden in de eerste lockdown. Het is heel begrijpelijk dat werkgevers op dat moment andere prioriteiten hadden dan de administratieve afhandeling van bonussen. Maar ondanks het vrij rigide systeem en de strikte administratieve eisen van de niet-recurrente bonus, geeft de voordelige bruto-netto verhouding toch vaak de doorslag.”
Figuur 2: simulatie bruto-netto voor de verschillende types van bonussen
Over de cijfers
De verzamelde gegevens zijn gebaseerd op de werkelijke gegevens van de bedienden actief in de profit sector bij meer dan 33.000 private werkgevers, zowel kmo’s als grote bedrijven. De steekproef bevat 151.000 bedienden in 2021.
Vragen als journalist?
Gelieve contact op te nemen met Acerta – Sylva De Craecker